In 2016 hebben voor het eerst meer dan een half miljoen studenten minstens één dag een studentenjob opgenomen. Dat blijkt uit cijfers van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ), die ondernemersorganisatie Unizo en HR-dienstengroep ADMB maandag verspreidden.
‘Studentenarbeid blijft zo verder boomen en dat onafgebroken sinds de funamentele hervormingen van het stelsel in 2012’, klinkt het in een persbericht van Unizo en ADMB. Zij stellen dat jobstudenten gegeerd zijn bij ondernemingen, omdat ze een ‘instant flexibiliteit’ en een ‘logisch kostenvoordeel’ toevoegen.
In 2016 werkten 502.297 studenten via een zogeheten studentenovereenkomst. De populatie studenten met een studentenjob steeg vorig jaar zo met 4,9 procent. In 2015 waren dat er nog 478.680. Ook nam het aantal gewerkte dagen studentenarbeid in 2016 toe, met 6,5 procent tot bijna 11,8 miljoen dagen. Het aantal werkgevers dat een beroep deed op studenten, steeg met 4,9 procent tot 56.607 in 2016. Zij keerden in totaal voor 885 miljoen euro aan studentenlonen uit (+8,5 procent tegenover 2015).
De gemiddelde student is net geen 20 jaar en werkte vorig jaar 23,4 dagen verdeeld over één tot twee jobs. Daarmee verdiende die jobstudent 1.763 euro, een brutobedrag waarop 2,71 procent sociale bijdragen verschuldigd zijn, maar geen belastingen. Ruim een vijfde van de studentenpopulatie is jonger dan 18 jaar, slechts 2 procent blijkt 27 jaar of ouder. Uit de cijfers blijkt onder andere dat België ook 14 studenten van 65 jaar of ouder telt.
